Gafieira: honderd ritmes, duizend verhalen

Zicht op gafieira in actie. Gafieira is ook het domein van de malandro. Ook kent de gafieira haar eigen rites en codes.
Eerst maar eens, wat is gafieira? Ineke Holtwijk: ‘Bijna iedere week ga ik naar de gafieira. Want in Rio de Janeiro is dat zo’n plek. De gafieira is in deze stad wat de tangohal in Buenos Aires is. Tafeltjes, een planken vloer, tl aan de wand en honderd ritmes.’

‘In de gafieira vind je alles van Brazilië terug: zinnelijkheid, mystiek, verbroedering, nieuwsgierigheid en exhibitionisme. Het danslokaal is broedstoof der ijdelheden. (..) Gafieira is zweet, slechte adem en nepbriljanten.’, aldus Ineke in een uitleg van het verschijnsel.

Van de gafieira komen we als vanzelf bij de malandro.

De malandro is een archetype uit het nachtleven van Rio. Hij is een bon-vivant die op de zak van anderen leeft, bij voorkeur vrouwen. De echte malandro is trots op zijn handigheid en status. Hij cultiveert niet-werken als stijl. Neem Ruço. Hoe Ruço (letterlijk: grauwharige) heet, weet niemand meer. Ruço gaat tenslotte al bijna veertig jaar mee in de gafieira. ‘Hij was de mooiste man die er rondliep,’ weet Marlene. ‘Hij is een gilette,’ zegt Sandra, die samba-les geeft. Een gilette, scheermesje, is de populaire uitdrukking voor een biseksueel. Hij gaat aan twee kanten mee.

(..)

Je hebt drie soorten malandro’s, legt Ruço op een rustiger moment uit. De malandro folclórico, de malandro professional en de malandro de oportunidade. De eerste is een carnavalesk figuur. Die loopt in een wit pak met een hoed op. Iedereen ziet op een kilometer afstand al dat hij een malandro is, dus hij krijgt niets meer voor elkaar. De malandro professional is een boef. Hij gebruikt geweld, steelt en perst af. Zelf rekent Ruço zich tot de minder schadelijke, derde soort, de kansenjagers. Hij vat zijn werkzaamheden samen als: je geeft een hand en een stuiver, en je vangt een miljoen.

Hij opereert discreet. Hij pikt een welgestelde vrouw op in tearooms. Hij doet alsof ze de koningin van Sheba is. En hij betaalt. Een geslaagde golpe vraagt enige intelligentie. ‘De slimme malandro investeert een stuiver voor hij een miljoen grijpt.’ Ze mag niets vermoeden. Dus steekt hij gewoonlijk pas bij de derde ontmoeting zijn hand in haar portefeuille. Hoe hij dat doet? ‘Je kunt nooit vragen. Dan krijgt ze argwaan.’ Hij verzint zielige verhalen. Moeder overleden. Geen geld voor de begrafenis. Thuis heeft hij valse doktersverklaringen. Hij is op alles voorbereid. En gaat het verder. Steeds meer verzoeken en meer geld. Als ze begint te pruttelen, zegt hij: ‘ Lieverd. Ik heb je niks gevraagd. Jij wilde me helpen.’

Ik moet niet denken dat het niks is, geld organiseren zonder te werken. Een slimmem malandro is een kunstenaar en amateur-pycholoog tegelijkertijd. ‘Je hebt een ring van metaal en jij moet iedereen laten geloven dat hij van goud is.’

Uit: Kannibalen in Rio, Ineke Holtwijk, Ooienvaar Amsterdam, 2001

Volgende keer: Vrouwen jagen ook…

Plaats een reactie