Lezen tegen een lafaard zijn

Het is onmogelijk om een goed leven te leiden als je een lafaard bent. Hoe kun je proberen te doen wat juist is voor anderen – of zelfs voor jezelf – als je eerste impuls is om ervandoor te gaan en je knikkende knieën te verbergen zodra je nattigheid voelt? Je mag best bang zijn. Maar je moet de angst er laten zijn en tóch handelen, zoals de zelfhulpboeken zeggen. Als je weet dat je de neiging hebt om af te druipen, een held op sokken te zijn of anderen het zaakje te laten opknappen – of als je een schop onder je kont nodig hebt om iets te doen waar branie voor nodig is -, laat je dan inspireren door de onverschrokkenheid van de dapperste figuren uit de literatuur.

Onze favoriet – wat zijn we blij met hem! – is Atticus Finch uit To Kill a Mockingbird. De alleenstaande vader van Jem en Scout toont zijn moed bijvoorbeeld door rustig en met één schot een hond met rabbiës neer te schieten in de hoofdstraat van Maycomb, Alabama. Daarmee wint hij op slag het respect van zijn onthutste kinderen, die hem al hadden afgeschreven als een halfblinde zwakkeling, omdat hij zoveel ouder is dan de andere vaders.

Atticus brengt zijn kinderen bij dat er niets stoers aan is om de buurtzonderling Boo Radley, lastig te vallen, en dat er soms meer moed voor nodig is om een gevecht te vermijden dan wanneer iemand je uitdaagt (Scout is een schijterd!) dan om terug te slaan. Maar het is vooral het lef dat hij heeft om Tim Robinson te verdedigen, een zwarte man die beschuldigd wordt van de verkrachting van een blanke vrouw, in een tijd waarin racisme aan de orde van de dag is, dat de belangrijkste les vormt voor zijn kinderen – en voor ons. Een man die durft door te gaan, zelfs wanneer zijn kinderen op school worden gepest vanwege de stellingname van hun vader, en die – in zijn eentje – een agressieve menigte durft tegen te houden die Robinson wil lynchen in de plaatselijke gevangenis, zo’n man is uit het soort hout gesneden dat hem boven anderen verheft.

To Kill a Mockingbird blijft een van de vernietigendste veroordelingen van racisme uit de literatuur, en laten we ook de moed van Harper Lee zelf – een blanke vrouw die schreef over mensen tussen wie ze opgroeide – vooral niet vergeten. Lee publiceerde het boek in 1960, nog voordat de Amerikaanse Burgerrechtenbeweging op haar hoogtepunt was, en haar besluit om op deze manier haar stem te laten horen brengt haar op gelijke hoogte met haar creatie.

 uit: de boekenapotheek – Ella Berthoud & Susan Elderkin, Podium Amsterdam, 2013; vertaald door Hester Tollenaar en Roos van der Wardt

harper lee; psmag.combron beeld: psmag.com

Harper Lee (1926-2016, USA)

Robert Gwathmey had oog voor de Afro-Amerikaanse werker

Robert-Gwathmey; soc-real4Robert-Gwathmey; soc-real6Robert-Gwathmey; soc-real8In het Amerika van het midden van de twintigste eeuw was er moed en lef nodig om de eerste blanke kunstenaar te zijn – en zuiderling  – die Afro-Amerikanen portretteerde als waardige medeburgers. Robert Gwathmey (1903-1988) was die kunstenaar.

Gwathmey werd geboren in een familie in Virginia waarvan de wortels acht generaties teruggingen. Hij groeide op in Richmond. Rassenscheiding was toen de wettelijke vastgelegde, sociale orde; ongelijke wetten beschermden blanke privileges en beperkten zwarte vooruitgang. White Supremacy verhief het blanke gezag en beschouwde zwarten als kinderen. Robert Gwathmey had echter een andere mening.

Na een jaar bedrijfscursussen, verliet Robert Gwathmey de school om een ​​jaar als bemanningslid aan boord van een vrachtschip te reizen. Dit ruige leven en zijn kennismaking met de culturen van Europa en Zuid-Amerika verlosten hem van zijn veilige ambities die het werken in het bedrijfsleven boden. Terugkerend naar de VS, schreef hij zich in 1925 in voor kunstopleidingen in Baltimore en later, in Philadelphia. In de zomers van 1926 tot 1930 ontving hij een Fellowship om kunst in Europa te gaan studeren. De Amerikaanse kunstenaar stelde zich bloot aan de invloeden van de Europese modernisten en de oudere tradities van de Europese schilderkunst.

Robert-Gwathmey; soc-real2Robert-Gwathmey; soc-real7

Deze invloeden zijn duidelijk terug te vinden in de kenmerkende stijl van Robert Gwathmey. Modernistische abstractie in de vorm van vlakke kleurvlakken, die de Amerikaan in zwart omlijnt. Afgeplatte, vereenvoudigde achtergronden met alleen de basis om plaats of landschap aan te duiden. Gwathmey houdt vast aan het traditionalisme en fundamenteel realisme; herkenbare vormen en afbeeldingen van menselijke activiteit. Door het modernisme te versmelten met de traditionele disciplines van de Europese schilderkunst, kwam Robert Gwathmey tot zijn persoonlijke beeldtaal. Die drukte zijn politieke, sociale en menselijke sympathieën uit, in het bijzonder voor het land en de cultuur van zijn geboortegrond: de Zuidelijke Staten. Zijn onderwerpen: zwarte boeren, arbeiders en deelpachters. In alle gevallen schilderde Robert Gwathmey zijn onderwerpen met een diep gevoel voor lijden en leven.

Robert Gwathmey zag kunst en maatschappelijke verantwoordelijkheid als één geheel. Hij bleef zijn hele leven sociaal actief en betrokken bij de burgerrechtenstrijd en de anti-oorlogsbeweging.

bron: acagalleries.com

Robert-Gwathmey; soc-realRobert-Gwathmey; soc-real3Robert-Gwathmey; soc-real5