bron beeld: welt.de
Het is een moderne roman in de zin dat de verteller alles aanhaalt wat het betoog kan ondersteunen. Dat er delen van een toneelstuk geciteerd worden. Dat hoofdpersonen overduidelijk een rol spelen: in het boek en in het toneelstuk. Dat maakt het wat moeizaam allemaal. En dan helpt het niet als somberheid, zelfmoord, existentiële angsten een belangrijke rol spelen en de wereld betekenisloos is. Ik bedoel Liquidatie van de Hongaar Imre Kertész (1929-2016).
Hoofdpersoon Keserū weet het zeker, zijn vriend die zelfmoord pleegde, heeft het manuscript van een roman achter gelaten. Dat is de zoektocht in het boek. Maar er is meer. Er zijn tal van negatieve denkbeelden over de mens:
De tragische mens bestaat niet meer. De totaal gereduceerde mens, met andere woorden de overlevende, zei hij, is niet tragisch maar komisch, want hij heeft geen lot. Anderzijds leeft hij met een tragisch lotsbewustzijn.
De vriend, een levenskunstenaar?
Hij vermeed alle deelname, hij raakte nergens bij betrokken, hij geloofde nergens in, rebelleerde niet en werd niet teleurgesteld. Daar kunnen we nog aan toevoegen dat hij nauwelijks woonde, nooit reisde en totaal geen ambities had.
Er zijn opvattingen over onze drang naar verhalen:
We kunnen alleen uit onze verhalen te weten komen dat onze verhalen afgelopen zijn, anders zouden we leven alsof we nog steeds iets voort te zetten hebben (bijvoorbeeld ons verhaal), dus zouden we leven op basis van een vergissing.
Over schrijvers en hun drang naar het vertellen van het wezenlijke:
Hoe moeilijk het voor de (zogenaamde) schrijvers is om greep te krijgen op de pure materie, de objectieve werkelijkheid, de hele wereld van verschijnselen, om daarna door te dringen tot de essentie die erachter schuilgaat – als zoiets al bestaat. Meestal gaan we uit van de veronderstelling dat die wel bestaat, want we kunnen niet zomaar berusten in de essentieloosheid van ons bestaan.
De hoofdpersoon zelf dan. Keserū betekent ‘bitter’, de naam die de man kreeg van zijn vader, die in bitterheid leefde. Zelf vertelt hij:
Ik ben opgegroeid tussen nuchtere mensen, wier ziel, karakter en individuele persoonlijkheid waren geliquideerd door oorlogen en verschillende dictaturen.
Zoals alles ter sprake kan komen, op alle manieren, in alle stijlen, gaat het in de moderne roman bijvoorbeeld ook over het schrijven zelf:
Schrijvers stileren zichzelf net zo lang tot, zoals de uitdrukking zegt, de stijl uiteindelijk de mens wordt.
en:
De werkelijkheid, dat totaal onbevattelijke en onkenbare begrip, waarvan ik – godzijdank – altijd verre word gehouden door de verbeelding.
Ten slotte:
Maar ik geloof in het schrijven. In niets anders, alleen in het geschreven woord. De mens leeft als ongedierte, maar schrijft als een god. Eens kende men dit geheim, vandaag is men het vergeten: de wereld bestaat uit uiteenvallende scherven en onsamenhangende, donkere chaos, die alleen door de pen bijeengehouden wordt. Als je een beeld hebt van de wereld, als je niet alles vergeten bent wat er gebeurd is, dan is dat door het schrijven voor je gecreëerd, evenals het blote feit dat je een wereld hebt. En het geschreven woord, dat onzichtbare spinrag dat ons leven bijeenhoudt, de logos, doet dat onophoudelijk. Iemand die zich daarmee bezighoudt, wordt een man van de pen genoemd. Dat betekent niet iemand die talent heeft, een man van de pen is iets anders dan een goede schrijver. Hij is geen filosoof, geen taalkundige en geen stilist.
fragmenten uit: liquidatie – Imre Kertész, Bezige Bij Amsterdam, 2004; vertaling Mari Alföldy