De ‘Quade dampen’ bij Johan Torrentius

johan torrentius; verhaal

Nederlands schilder uit de Gouden Eeuw, Johan Torrentius (1589-1644), is een figuur omgeven met mysterie. Van hem is weinig werk overgebleven, want verbrandt omdat hij veroordeeld werd voor godslastering en zedenloosheid. Het enige werk dat we nu nog kunnen gaan zien, hangt in het Rijksmuseum (zie afbeelding).  Dat stilleven is onderwerp van wetenschappelijk onderzoek geweest omdat het met nogal raadselachtige schildertechnieken tot stand is gekomen. Overigens kwam op dat onderzoek geen afdoend antwoord.

Torrentius (die eigenlijk Jan Simonsz. van der Beeck heette) werd geboren in Amsterdam. Van hem was bekend dat hij geheime schildertechnische experimenten uithaalde. Hij legde zijn schilderijen neer in plaats van op de ezel. Gebruikte geen penselen. En er kwamen ‘quade dampen’ bij te pas. Hij legde een ei gevuld met verf onder een broedende kip, drie weken lang, om de verf daarna te gebruiken in zijn schilderijen. Ook hoorde men bijengezoem vanuit het atelier als hij aan het schilderen was. Kortom, Torrentius gebruikte tovenarij bij zijn schilderswerk.

Torrentius werkte vooral in Haarlem. Daar gaf hij veel geld uit aan drinkgelagen, vrouwen en kleding. Vrouwen liepen de deur bij hem plat. Sommige bezoekers spraken hem aan met Sire. Op zijn sterfbed werd er Heiland geroepen.

Toen hij nog in Amsterdam werkte, exposeerde hij een boek dat de titel: ‘Het Boeck der Sotten ofte Narren’ droeg. Onder het eten en drinken zwoer de kunstenaar op de Griekse filosoof Epicurus. In hemel en hel geloofde hij niet. De duivel was zijn kameraad. En, alsof het nog niet erg genoeg was, was hij lid van de Rozenkruisers, die als staatsgevaarlijk werden beschouwd.

Om in zijn onderhoud te voorzien, maakte Torrentius op verzoek van opdrachtgevers prenten en schilderijen met erotische scenes. Daarbij werd God noch gebod gespaard, aldus tijdgenoten. Het lag voor de hand dat aan deze ‘Sodomitische wanbedrijven’ eens een eind zou komen. In 1627 werd hij dan ook voor de rechter gedaagd. De aanklacht was godslastering en zedenloosheid. Hij ontkende, kwam op de pijnbank terecht en moest 20 jaar de cel in. Als gevolg van deze veroordeling werden al zijn schilderijen verbrand. Behalve 1, die later op een zolder in Enschede terug werd gevonden en nu in het Rijksmuseum hangt.

Door ingrijpen van Willem van Oranje persoonlijk werd Torrentius na een paar jaar gevang, gratie verleend. De Amsterdammer vertrok, op uitnodiging van de koning, naar Engeland waar hij hofschilder werd van Karel de Eerste. Daar werkte hij van 1630 tot 1642. Hij keerde terug naar Amsterdam en overleed in 1644.

Het enig overgebleven werk van Torrentius is een stilleven. Daarop is onder andere een schenkkan, een glas, een paardenbit en een stukje bladmuziek te zien. Het werk is opvallend glad en strak geschilderd. Over de betekenis van dit schilderij blijft het gissen. Over hoe dit geschilderd werd, welke technieken werden gebruikt en hoe de gebruikte verf tot stand kwam, blijven we in nevelen gehuld. Een opmerkelijk fenomeen, die Torrentius.

bron: de hemelvaart van Frans Hals – Antoon Erftemeijer, Becht Haarlem, 2002

Magritte zet dag en nacht op de tocht

l'empire des lumieres, magritte2l'empire des lumieres, magritte4OLYMPUS DIGITAL CAMERAl'empire des lumieres, magritte8De Belgisch surrealistische schilder René Magritte (1898-1967) zal altijd herinnerd worden als de kunstenaar die wolken, pijpen, bolhoeden en appels schilderde in een vreemde context. Om met de wolken te beginnen: in de serie L’empire des lumières zijn er wolken te zien. Heldere hemel, blauwe lucht. Daalt ons oog naar de onderkant van het schilderij dan zien we iets totaal anders. Donkere straten, hel verlichte lantaarns en in de huizen brandt het licht. Magritte zet dag en nacht op z’n kop, op de tocht.

Tussen dag en nacht bevindt zich het blauwe uur, entre chien et loup, zoals de fransen zo mooi zeggen. Het licht veranderd en daarmee de kleuren. Het lijkt of de kleuren intenser worden, op de vlucht gaan voor het donker worden. In de serie L’empire probeert Magritte vooral aan het gevoel te raken. Donzige wolken, gevels waarvan we het silhouet zien en (in sommige schilderijen) spiegelend water, brengen de toeschouwer in een stemming, die voor de een plezierig kan zijn en een ander onrustig maakt. Magritte heft in deze reeks het verschil tussen dag en nacht op, want het is beiden. Dat kan verwijzen naar slapeloosheid en dat je daardoor uit je ritme komt. Het zal iets zijn met Magritte zelf, waarvan we weten dat hij zijn moeder vroeg verloor. Hij was 13 jaar oud, toen zijn moeder zichzelf in het naburige kanaal verdronk. De kleine René zag hoe zijn moeder uit het kanaal gehaald werd met een doek over haar hoofd heen. Een terugkerend beeld in zijn schilderijen.

Magritte heeft in zijn werken gezocht naar manieren om de toeschouwer uit te dagen. Anders naar de werkelijkheid te kijken. Met meer gevoel dan verstand. Dat was zijn verdienste. Hij schiep daarmee een beeldtaal die we nog steeds belangwekkend vinden.

l'empire des lumieres, magrittel'empire des lumieres, magritte3l'empire des lumieres, magritte5l'empire des lumieres, magritte7

Caroline Walker schildert de geïsoleerde vrouw

caroline walker; vrouw8caroline walker; vrouw6caroline walker; vrouw2De Schotse Caroline Walker (1982) maakt schilderijen die doen denken aan het werk van de Amerikaan Edward Hopper. Hopper gaf de Amerikaanse jaren 40 en 50 kleur en een smoel. Hij liet vooral de keerzijde zien van wat we de gloriejaren van de welvaart zijn gaan noemen. Isolatie en eenzaamheid werden door Hopper treffend in beeld gebracht.

Caroline Walker doet iets soortgelijks maar dan met de vrouw van de 21-ste eeuw. Walker schildert taferelen die ons een intiem inkijkje bieden in het leven van die moderne vrouw. De geschilderde vrouwen hebben zich even losgemaakt van de alledaagse dingen. Zich even afgezonderd. Aan de omgeving waarin ze zich bevinden, kun je zien dat de dames welgesteld en bevoorrecht zijn. Het ontbreekt de vrouwen aan weinig, en toch. Zijn ze gelukkig?

Vergeleken met Hopper is ook bij Walker de rol die de toeschouwer speelt belangrijk. Je voelt je voyeur bij het aanschouwen van zoveel intimiteit. En ook bij Walker is het kleurgebruik belangrijk om dramatische effecten aan de scene mee te geven.

caroline walker; vrouwcaroline walker; vrouw3caroline walker; vrouw5caroline walker; vrouw7

William Haskell: landschap met auto of paard

haskell, william; landschap6haskell, william; landschap4haskell, william; landschap2William Haskell (Santa Fe, New Mexico, USA) is een groot bewonderaar van het landschap in zijn omgeving. Hij werkt zijn landschappen uit in acryl en doet dat met een geheel eigen kijk op lijn, schaduw, vorm en kleur. Zijn landschappen doen plastisch aan, suggereren beweging; roepen emotie op en voelen warm en zacht aan. Duidelijk is dat Haskell tevreden is met de plek waar hij woont. Hij verklaart met zijn werk zijn liefde aan bergen, dalen en prarie. Paard en de rode wagen trekken de aandacht en je het schilderij in. De beheerste techniek zet de puntjes op de i.

haskell, william; landschap5haskell, william; landschap3haskell, william; landschap

Juliën Holtrigter: onverwacht bezoek

holtrigter, julien; youtube.combron beeld: youtube.com

Onverwacht bezoek

God woont ver weg. / Ik heb zelfs zijn honden nooit horen blaffen. / Ik heb van zijn brood gegeten maar ik / verleerde van hem te spreken.

Hij schreef mij wel eens en vroeg het / dan weer: waar is je broer? / Wel, zijn Volvo staat hier voor de deur, / zijn groot licht gericht op de hemel. / Hij gaat juist vertrekken.

Van auto’s houd ik alleen in de nacht . / Hun harde glans en de kracht van hun / brullende motor, hun draai in / het opspattende grind.

Uit: Het stilteregister, Harmonie Amsterdam, 2006

Juliën Holtrigter (1946, Vianen)

De Stomme van Campen schilderde de winter

avercamp, hendrick; historiek.netavercamp, hendrick; winter2De Stomme van Campen was de bijnaam van Hendrick Avercamp (1585-1634, Amsterdam). Avercamp was doofstom en trok van Amsterdam naar Kampen om daar te kunnen werken aan wat we typische Hollandse wintertaferelen noemen. Een natuurgetrouwe weergave van het landschap is wat de schilder nastreefde en daarmee was hij in zijn tijd een pionier. Zijn belangrijkste invloed was de Vlaamse landschapsschilderkunst.

Dat wat Avercamp deed werd in de 17-de eeuw enigszins laatdunkend ‘Wintertjes’ genoemd. Hollandse wintergezichten, weidse ijsvlaktes, sneeuwluchten en vrolijk ijsvermaak. Avercamp ontpopte zich als een geboren verteller. Met oog voor detail schildere hij honderden figuren: schaatsers, vallende enkelingen, sleetje rijdende kinderen, een arreslee, kolfspelers, rijke burgers die een praatje met elkaar maken. Maar de schilder, die de provincie verkoos boven de grote stad, had ook oog voor de arme sloebers: de riet- en vissjouwers, de bijthakkers, de aanleggers van waterputten en de bedelaars.

avercamp, hendrick; winteravercamp, hendrick; winter3

De vogels van Jan Mankes

mankes, vogels6mankes, vogels8mankes, vogels2mankes, vogels4‘Mankes was niet zo goed in figuren, vooral niet in de menselijke, en daarom hield hij zijn voorstellingen plat, schilderde hij de dingen frontaal. Om er leven in te krijgen sloeg hij aan het ‘puimen’: een techniek waarbij de olieverf in dunne laagjes werd aangebracht en met een puimsteen weer werd afgeschuurd. Zo kregen de werken hun dromerige karakter.’, aldus Stefan Kuiper in De Volkskrant van 16 april jl.

Juist die dromerigheid maakt zijn werk bijzonder en uniek, vind ik. Jan Mankes (1889-1920, Meppel) was vooral graficus. Hij kreeg zijn opleiding aan glasschilderfabriek in Delft en volgde daarna avondlessen aan de Haagse academie. Hij schilderde dieren, stillevens, landschappen en portretten. Dat deed hij doorgaans in vlakke, gedempte kleuren waarbij hij ‘puimde’.

Mankes werd niet oud maar was productief. Wat talrijk restte was zijn grafisch werk, vooral de houtsneden. De vele vogels die hij tekende, etste, schilderde zijn vooral door de dromerige stijl een lust voor het oog.

Mankes, vogels1mankes, vogels3mankes, vogels5mankes, vogels7

Wolkers: ken jij ook dat meisje

Wolkers,Jan, literatuurmuseum.nlbron foto: literatuurmuseum.nl

Ken jij ook dat meisje

ken jij ook dat meisje / opgevouwen in een koffer leeft ze / van gebersten vreugden eet ze het avondbrood / als rode maïskolven handenstrekkend geeft ze

ik weet ook van reizen met haar / reigers en mos weten in oksels te schuilen / anemonen offert ze tussen haar dijen

dragen wij haar om de beurt / en lachen haar dood tussen de tanden / en maken haar egel en varen minded

dat meisje ken je dus ook / kokend en kokerjufferbevend / van gebartsen vreugde eet ze het abendkadmiumrot / als rode maïskolven handenstrekkend geeft ze

Uit: Verzamelde gedichten, Bezige bij Amsterdam, 2008; samenstelling Onno Blom

Jan Wolkers (1925-2007, Oegstgeest)

Walton Ford geeft dieren de teugels in handen

walton ford, the undead 2walton ford, the undead 4walton ford, the undead 6walton ford, the undead 8

Walton Ford (1960, New York, USA) schildert flora en fauna op een allegorische manier waarbij het duidelijk gaat over het mensdom en het milieu.

Ford studeerde eerst film maar legde zich toe op schilderen; de laatste twee decennia op grootse verhalende werken in een naturalistische stijl. De Amerikaan verwijst in zijn werk naar de 19-de eeuwse boek-illustratoren die het wetenschappelijk naturalisme verbeeldden.

Zijn schilderijen zijn bestiale tableaux waarin grappen en grollen een sinistere ondertoon hebben, verwijzend naar kolonisatie, industrialisatie en menselijk ingrijpen in de natuur.

Onze beschaving wordt in de wereld van Ford een raar geval, waarin rollen worden omgedraaid. Het beest heeft de teugels in handen.

walton ford, the undead 5Walton Ford