Kouwenaar laat een bom vallen

aanval rdam, historiek.nlEen Rotterdams straatbeeld, mei 1940, begin van de Tweede Wereldoorlog. Bron foto: historiek.net

Hij is een jongen van 17 jaar en de Tweede Wereldoorlog begint in ons land. De jongen heeft een problematische verhouding met zijn ouders. De verhouding met oom Robert is beter. Oom Robert brengt hem in contact met minnares en kunstenares Ria en haar dochter met dezelfde voornaam. De jongen voelt zich begrepen en raakt verliefd op Ria junior. Maar ja, die oorlog. Die maakt alles anders. Die leidt tot verlies, vrees, onbegrip en tal van schuldige gevoelens.

In het begin van dit korte verhaal van Gerrit Kouwenaar wenst de jongen dat de bom valt om een eind te maken aan zijn ongeluk. Dat doet de bom. Met grote gevolgen.

Maar eerst vallen de Duitsers ons land binnen:

‘Ben jij daar, Karel?’ hoorde hij de stem van zijn broer.

‘Ja,’ zei hij.

‘Er is oorlog,’ zei zijn broer.

‘Oorlog?’ vroeg hij.

‘Ja’,’ zei zijn broer, die geheel gekleed in de deur van de ouderlijke slaapkamer stond. Karel ging, plotseling rillend, de kamer in. Zijn moeder lag met opgestoken haar en een klein glimmend gezicht in bed. Zijn vader stond half gekleed, met zijn bretels over zijn pyjamajasje voor het venster. Zijn broer rookte een sigaret.

‘De Duitsers hebben ons aangevallen,’ zei zijn moeder.

‘De schoften,’ zei zijn vader en begon zijn bovenbroek weer uit te trekken.

‘Wat ga je doen?’ vroeg de moeder.

‘Slapen,’ zei zijn vader kortaf.

‘Maar er is oorlog, vader,’ zei zijn moeder op een dringende luide toon alsof zij tot een dove sprak.

‘Nou en?’ zei zijn vader en stapte in bed. ‘Mag ik daarom niet gaan slapen? Is er soms iemand bij gebaat als ik me voor dat raam blijf staan opwinden? Daarmee kan ik de Duitsers toch niet tegenhouden? Welterusten.’ Hij knipte het licht uit. In de verte klonk nu ook een gerommel alsof het begon te onweren.

Uit: Val, bom – Gerrit Kouwenaar, Querido Amsterdam, 1963

Gerrit Kouwenaar (1923-2014, Amsterdam)

Plaats een reactie